Uitleg

Ongewenste intimiteiten in de zorg

Recent was het weer in het nieuws; een zorgmedewerker verklaarde dat zij, zelfs tijdens afspraken met patiënten, werd aangerand door haar collega. Daarnaast komt het helaas ook voor dat zorgmedewerkers patiënten ongewenst benaderen en vice versa. Hoe komt het dat ongewenste intimiteiten in de zorg meer lijken voor te komen?

Veilig en Vertrouwd

Wat zijn ongewenste intimiteiten?

Als eerste is het goed om duidelijk te hebben waar we over spreken. Wat is de definitie van ‘ongewenste intimiteiten’? In bepaalde gevallen zijn ongewenste intimiteiten erg duidelijk, maar in andere gevallen is dit een grijzer gebied. Los van het feit of iemand zich bewust is van zijn eigen gedrag.

Ongewenste intimiteit gaat voornamelijk over hoe bepaald gedrag (van de zender) door de ontvanger wordt ontvangen. Bij het gedrag moet je denken aan fysiek of verbaal gedrag van iemand met hierbij een seksuele of persoonlijke lading. Door de ontvanger worden deze gedragingen als ongewenst, ongepast en grensoverschrijdend ervaren. Dit gedrag kan variëren van ongewenst aanraken, opmerkingen maken met een seksuele connotatie, tot het maken van seksuele avances. Het kenmerk van ongewenste intimiteit is dat de intimiteit door de ontvanger niet gewenst is en een gevoel van onveiligheid, ongemak of intimidatie veroorzaakt.

Ongewenste intimiteiten in de zorgsector kunnen plaatsvinden tussen collega’s onderling, van zorgmedewerker richting patiënt, van patiënt richting zorgmedewerker of tussen patiënten onderling. Overal waar patiënt genoemd wordt, kan ook cliënt gelezen worden.

Voorbeeld van ongewenste intimiteiten in de zorg

Bij bepaalde functies in de zorg zijn de medewerkers wel wat gewend van patiënten, door bijvoorbeeld de aandoening van deze patiënt. Denk aan onbegrensdheid door hersenletsel of ouderdom, een bepaalde manier van communiceren door een tics of een diagnose. Maar uiteraard zijn er grenzen. Daarbij komt dat ongewenste intimiteiten van beide kanten voorkomt. Patiënten kunnen ook het slachtoffer worden van zorgmedewerkers die misbruik maken van hun macht, de situatie en/of de machteloosheid van patiënten. Bijvoorbeeld de zorgmedewerker uit Breda die bejaarden met dementie verkrachtte en aanrandde.

Wanneer gaat het om ongewenste intimiteit of seksuele intimidatie? Onderstaande voorbeelden werken dan ook beide kanten op (gedragingen van zorgmedewerker of patiënt).

  • Ongewenste aanrakingen
    Een zorgmedewerker die een hand om een intieme plek legt, zonder medische noodzaak. Bij een patiënt of bij een collega. Hieronder valt ook niet-consensuele lichaamsverzorging (verzorgende handelingen en wassen zonder toestemming) en ongemakkelijk dicht bij iemand staan.
  • Seksuele opmerkingen
    Seksuele toespelingen naar collega of patiënt of het stellen van suggestieve vragen die niet gerelateerd zijn aan de zorgsituatie.
  • Ongepaste communicatie
    Het versturen van ongewenste berichten via sms, e-mail, of sociale media met een seksuele of persoonlijke lading naar een patiënt of collega.
  • Grensoverschrijdende blikken
    Een zorgverlener die op een manier naar een patiënt kijkt die door de patiënt als ongewenst of intimiderend wordt ervaren, zoals langdurig staren naar intieme lichaamsdelen.
  • Misbruik van afhankelijkheid
    Een zorgverlener die de afhankelijkheid van een patiënt misbruikt om seksuele gunsten te vragen of te insinueren dat de kwaliteit van de zorg afhangt van het inwilligen van zulke verzoeken.
  • Ongepaste gesprekken
    Het voeren van persoonlijke of intieme gesprekken die niet gerelateerd zijn aan de zorgtaak en waarbij de patiënt zich ongemakkelijk voelt.

Specifieke uitdagingen in de zorgsector

Ongewenste intimiteiten komen in veel branches voor, maar de zorgsector lijkt extra gevoelig. Hoe komt dat?

Eigenlijk komt dit door een mix van omstandigheden. De risicofactoren in dit werkveld liggen in de werkomgeving, de werkzaamheden, de hiërarchie binnen sommige zorgorganisaties in combinatie met bepaalde karaktereigenschappen van zorgmedewerkers. Het gaat in de zorg vaak over situaties waarbij sprake is van machts- of afhankelijkheidsrelaties.

In de werkzaamheden van zorgmedewerkers kan al zeer lichamelijk en persoonlijk contact voorkomen waardoor het overschrijden van een grens wellicht eerder op de loer ligt. In bepaalde zorgteams wordt er ook veel alleen met de patiënt/client gewerkt wat ongewenste intimiteiten minder zichtbaar maakt. Daarnaast is er binnen bijvoorbeeld ziekenhuizen ook vaak een duidelijke hiërarchie waar sommige mensen misbruik van maken. Tot slot zijn zorgmedewerkers logischerwijs vaak zorgzame personen met bepaalde karaktereigenschappen die erg van pas komen bij het uitvoeren van hun werkzaamheden, maar die kunnen belemmeren in het duidelijk stellen van eigen grenzen en het ondernemen van actie tegen iemand. Side note: Uiteraard geldt dit niet voor elke zorgmedewerker.

Een vertrouwenspersoon kan hier uitkomst bieden. Vooral voor die zorgmedewerker die ergens wel voelt dat er grenzen zijn overschreden maar het moeilijk vindt om zelf actie te ondernemen. Of wanneer je twijfelt. Wanneer je als zorgmedewerker twijfelt en denkt aan vragen als: hoe erg was het nou eenmaal? Of: maar hij/zij is eigenlijk ook heel vriendelijk en ik wil niet dat hem/haar schade wordt aangedaan, dan is het goed om de vertrouwenspersoon op te zoeken.

Een vertrouwenspersoon kan dienen als luisterend oor, als sparring partner en als stok achter de deur om je grenzen aan te geven en actie te ondernemen. Een organisatie kan kiezen voor een intern vertrouwenspersoon, maar vooral in de zorg zitten hier ook veel nadelen aan. Deze collega moet een dure opleiding vertrouwenspersoon volgen en is uiteindelijk nooit helemaal neutraal. Dit kan ook een drempel zijn voor mensen om in gesprek te gaan. Daarom is het verstandig om in deze gevallen in ieder geval (ook) een extern vertrouwenspersoon aan te bieden.

Gevolgen van ongewenste intimiteiten

De gevolgen van ongewenste intimiteiten zijn groot. Medewerkers (en patiënten) ervaren een onveilige omgeving. De negatieve impact op slachtoffers is groot. Mensen kampen met angstklachten, ervaren continu verhoogde stress of belanden in een burn-out. Wanneer het om patiënten met bepaalde ziektebeelden gaat die slachtoffer zijn van (herhaaldelijke) ongewenste intimiteiten kunnen de gevolgen nog groter zijn. Denk hierbij aan bijvoorbeeld automutilatie, zelfdoding of andere vormen van het tonen van onmacht.

Wanneer dit tussen medewerkers plaatsvindt zorgt dit voor een verstoorde werkrelatie, een verhoogd ziekteverzuim en uiteindelijk heeft dit een negatieve invloed op de zorgkwaliteit. Dat zijn de negatieve gevolgen voor de betrokkenen, maar ook voor de organisatie zelf kunnen deze zaken een grote negatieve nasleep hebben.
Denk bijvoorbeeld aan negatieve media aandacht die plaatsvindt wanneer een dergelijke zaak naar buiten komt.

Aanpak en beleid bij incidenten

Voor (zorg)organisaties zelf is het van belang om een duidelijk protocol te hebben op het gebied van ongewenst gedrag. Hierin wordt duidelijk omschreven wat gewenst en ongewenst gedrag is. Daarbij wordt ook omschreven welke stappen slachtoffers kunnen ondernemen en welke sancties er volgen op ongewenst gedrag.
Een dergelijke omschrijving kan ook onderdeel zijn van een personeelshandboek. Als voor alle medewerkers maar duidelijk is waar deze informatie te vinden is. Daarnaast kun je in een personeelshandboek ook de rol van een vertrouwenspersoon toelichten. Een extern vertrouwenspersoon inhuren is altijd verstandig als het gaat om een veilige werksfeer.

Wanneer het mis gaat is voor zorgorganisaties verplicht om dit te melden bij de inspectie. Ook is het voor burgers mogelijk om een melding te maken van een misstand. Dat kan via het Landelijk Meldpunt Zorg.

Wet- en regelgeving

Er staat in de wet (Wkkgz) beschreven dat geweld binnen een zorgrelatie binnen 3 dagen gemeld moet worden. Als dit nog onderzocht moet worden, of het daadwerkelijk gaat om geweld, dan staan daar 6 weken voor het maken van een melding. Is er na dit onderzoek nog steeds geen zekerheid? Dan adviseert de overheid om het incident of de situatie toch te melden. Al dat niet op tijd gebeurt kan er een bestuurlijke boete worden opgelegd. Deze boete wordt opgelegd door de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ).

Rollen en verantwoordelijkheden binnen de organisatie

Het Bestuur en/of een Raad van Toezicht spelen een hele belangrijke rol in de preventie van ongewenste intimiteiten binnen de zorgorganisatie. Zij horen het goede voorbeeld te geven en actief beleid te voeren op het gebied van ongewenste intimiteiten en ander grensoverschrijdend gedrag in de zorg. In de zorg is het belangrijk dat medewerkers ergens naartoe kunnen wanneer ze hiermee te maken krijgen, bijvoorbeeld een vertrouwenspersoon. Maar voor patiënten/cliënten geldt hetzelfde. Daarom stellen zorgorganisaties vaak een patiëntenvertrouwenspersoon aan. Wanneer de zorg valt onder de wet zorg en dwang (bij bijvoorbeeld dementie of een verstandelijke beperking) dan is deze patiëntenvertrouwenspersoon verplicht.

 

 

Vertrouwenspersoon inhuren?

Met ons Vertrouwenspersoon Pakket hebben jouw medewerkers 24/7 toegang tot een gecertificeerd extern vertrouwenspersoon.

Andere relevante blogs

We hebben meer inspirerende blogs geschreven. Hiernaast staan er twee waarvan we verwachten dat ze in de smaak vallen.

Bekijk alle blogs